Terugblik 1 jaar staten: burgers, politici en buitenbeentjes

Een jaar Provinciale Staten van Overijssel. Dit vraagt om een terugblik. Als gewone burger, zonder politieke ervaring, stapte ik ruim een jaar geleden de politiek in. Anders dan veel collega Statenleden, die vaak al een heel politiek traject achter zich hadden. Gekneed en opgevoed door de elite van partijen als PvdA, VVD, CDA en D66. Bewegend binnen de partijpolitieke marge die door de elite is bepaald.

Onbevangen de politiek in heeft zo zijn voordelen. Je bent fris, wars van politieke protocollen en in staat om het zittende pluche te herinneren aan het feit dat zij daar zitten dankzij de burgers. Iets dat nog wel eens wordt vergeten. Nadeel van het gebrek aan politieke ervaring is dat het tijd kost om er achter te komen hoe de provinciale politieke procedures verlopen. Maar na een jaar is dit eigen gemaakt.

Na dit jaar ben ik er wel achter dat de PVV Overijssel de meest dynamische partij is binnen de Staten. Zonder de PVV is provinciale politiek niet om aan te zien. De PVV maakt de bijdrages, de debatten levendig. Andere partijen houden er ambtelijke bijdrages op na, haast slaapverwekkend. Met uitzondering van de fractieleider van de SGP. Hij bedient zich regelmatig van passende humor. Naar mijn mening noodzakelijk om de aandacht van de toehoorders en het publiek vast te houden. Maar hij is, naast de Statenleden van de PVV, een uitzondering. De rest bedient zich van spreekteksten die eigenlijk uitgesproken dienen te worden vlak voor het slapen gaan. Ik voorspel u dat u na een paar minuten al begint te gapen.

Verder zijn me nog een aantal zaken opgevallen. Er zijn politici die achter de schermen wel zaken durven te benoemen, maar in de arena opeens veel gereserveerder zijn. Ik durf rustig te stellen dat ik wel een aantal provinciale politici heb ontmoet die heel goed bij de PVV zouden passen. Ze zitten echter gevangen in de partijpolitieke opvattingen van hun partij. Of ze  zijn bang voor maatschappelijke consequenties. Het lijkt me vreselijk om zo te moeten opereren. Niet kunnen zeggen wat je echt vindt.

Ook zie ik Statenleden die geen echte bijdrage leveren aan het politieke debat. Je hoort ze niet terwijl ze wel iedere maand opduiken tijdens de Provinciale Statenvergaderingen. Ik kan me niet voorstellen dat je dan een voldaan gevoel hebt. Hoorde zelfs dat er politici zitten die in jaren hun mond niet hebben open gedaan. Wat doe je daar dan?

In het afgelopen jaar heb ik ook geconstateerd dat de voorzitter weinig ruimte weggeeft voor het politieke debat. Hoewel de PVV ervoor heeft gezorgd dat de Statenvergaderingen aantrekkelijker zijn geworden, is hier nog veel meer winst te behalen. Om dit te bereiken heb je, naast een meewerkende voorzitter, ook politici nodig die durven te debatteren en niet gehinderd worden door politieke correctheid. En hier ontbreekt het vooralsnog aan.

Wat me vooral stoort is dat er binnen de provincie heel veel gepraat wordt. Heb wel eens het gevoel dat politici denken dat praten hetzelfde is als politiek bedrijven. PVV’ ers zijn
doeners, geen mensen die ellenlange gesprekken willen voeren. Er is een probleem en dat moeten we oplossen. Dat is onze taak. Waarbij je dan goed luistert naar de burgers, de markt en de ondernemers. Deze grondhouding mis ik in de Staten. Het komt denk ik door de politici die al heel lang in de politiek zitten. Die vinden zichzelf belangrijk. Belangrijker dan het probleem dat opgelost moet worden. En het komt ook omdat er relatief veel mensen in de Staten zitten die werkzaam zijn in softe beroepen of ondernemer zijn in softe branches. Beroepen en branches waarin veel vergaderd wordt. Vergaderen lijkt dan het doel in plaats van een middel om doelen te bereiken, knopen door te hakken.

Wij zijn buitenbeentjes. Zo voel ik me ook binnen de Staten. Daar waar andere politici niet vrijuit kunnen handelen en spreken, kunnen wij dat gelukkig wel. En zonder de PVV in het politieke landschap wordt de kloof met de burgers alleen maar groter. De andere partijen zouden de PVV alleen al om deze reden dankbaar moeten zijn.

We hebben nog drie jaar te gaan. Ik heb er zin in.

Erik Veltmeijer,
PVV Overijssel.